logo-sociale-alliantie6

Geen gebrek aan besprekingen van een boek over schaarste

Klik hier om dit artikel te downloaden als pdf-document.

schaarste grootIn 2013 verscheen bij Maven Publishing te Amsterdam het boek Schaarste. Hoe gebrek aan tijd en geld ons gedrag bepalen. De oorspronkelijke titel luidt: Scarcity: Why Having Too Little Means So Much. De auteurs van het boek zijn de econoom Sendhil Mullainathan en de psycholoog Eldar Shafir, die verbonden zijn aan de universiteiten van resp. Harvard en Princeton in de USA. Op de achterflap van de Nederlandse uitgave wordt het boek aangeprezen als een belangrijk, vernieuwend en fascinerend boek dat overstroomt van nieuwe ideeën, fantastische verhalen en simpele tips die zomaar je leven kunnen veranderen. Er wordt gesproken over baanbrekende inzichten die verstrekkende gevolgen hebben voor onder meer armoedebestrijding. En dan is er nog een speciale belofte voor de lezers van het boek: “Ook je agenda en persoonlijke financiën zullen er na het lezen van Schaarste nooit meer hetzelfde uitzien.” Een boek met zoveel loftuitingen en beloften moet de aandacht trekken. En dat doet het ook. Al snel verschijnen een aantal besprekingen. We volstaan hier met een verwijzing naar deze besprekingen en een korte weergave van de sterke en zwakke punten die vermeld worden over het boek.

Het boek Schaarste is onder meer besproken door:

Uiteraard gaan alle besprekingen in op de centrale boodschap van het boek, namelijk dat het gevoel van schaarste bezit neemt van ons denken, ons denken stuurt. En dat gebeurt ongeacht de persoon in kwestie dat wil of niet: het is een automatisch proces. Het heeft invloed niet alleen op wat je ziet en hoe snel je iets ziet, maar ook op de interpretatie van de wereld om je heen. Er treedt schier automatisch een tunnelvisie op. Deze centrale boodschap wordt verduidelijkt en aangetoond met verslagen van tal van experimenten. Ik ga daar verder niet op in. De methodiek van Mobility Mentoring, die in de nieuwsbrief in enkele artikelen beschreven wordt, is gebaseerd op het boek schaarste. Het zou een dubbeling zijn hier de inhoud van het boek ook nog een keer samen te vatten. Ik beperk mij tot de weergave van de sterke en zwakke punten van het boek, zoals die naar voren komen uit de besprekingen.

Sterke punten van het boek

1. Door kennis te nemen van deze nieuwe theorie van de schaarste krijgen hulpverleners en armen beter inzicht in het verschijnsel dat arme mensen vaak arm blijven. Maatschappelijke positie, economische omstandigheden, culturele factoren en persoonlijkheid spelen weliswaar nog steeds een rol, maar de nieuwe theorie toont aan dat de logica van schaarste veel fundamenteler is: alle mensen zouden falen zodra zij schaarste ervaren.

2. Het boek logenstraft het idee dat arme mensen niet goed met geld om kunnen gaan en daarom in de schulden zitten. Dat mensen blijven vastzitten in problematische schulden zijn niet zozeer een kwestie van onwil of ongemotiveerdheid; het is veeleer een kwestie van onvermogen vanwege de invloed die schaarste heeft op de hersenfuncties van mensen. Daarmee wordt een fikse nuancering aangebracht op het door velen zo benadrukte idee van eigen verantwoordelijkheid. Ook roept het op tot een correctie van het prikkelbeleid met straffen vanwege verondersteld slecht gedrag onder de leus ‘wie verkeerde keuzes maakt moet maar op de blaren zitten’. Dat werkt niet. De hulpverleners moeten weet hebben van inzichten die opgedaan zijn in de hersenwetenschap, nl dat bij voortdurende stress vanwege schaarste het lange-termijn-perspectief verdwijnt. De focus op korte-termijn-problemen en oplossingen verergeren de situatie vaak. De schuldhulpverlening moet rekening houden met deze bevindingen.

3. Meer geld is niet altijd de oplossing. Er is instemming voor de opvatting van de auteurs van Schaarste dat schaarste een relatief begrip is. ‘Het ontstaat niet alleen bij een gebrek aan inkomen, maar ook bij een teveel aan verwachtingen.’ Eigenlijk is het simpel: als je meer geld, tijd, vrienden of calorieën wilt, dan ervaar je ook eerder een gevoel van schaarste. En wat je wilt, wordt in hoge mate bepaald door wat de mensen om je heen al hebben. De ongelijkheid groeit en dat doet de verwachtingen van armen ook toenemen. De voor de hand liggende conclusie dat je om die verwachtingen-groei te temperen een beleid zou moeten voeren om de groeiende inkomensongelijkheid te corrigeren, wordt evenwel in geen van de besprekingsartikelen getrokken.
4. Door hulpverleners wordt belangrijk geacht dat vastgesteld wordt dat het schaarste-denken een omschrijving is van een fundamenteel werkingsmechanisme van het individueel menselijke brein. Het geeft geen verklaring over de oorzaak en de finaliteit van een collectief maatschappelijk probleem als armoede. Inzichten rond beperkte bandbreedte en tunnelvisie zijn een welkome aanvulling op meer gangbare benaderingen van armoede in de hulpverlening en deels zitten die al in de huidige benadering. Dat geldt bijvoorbeeld voor de oplossing om samen met mensen in armoede op pad te gaan,

Zwakke punten van het boek

1. De theorie van de schaarste wordt te zeer alles bepalende factor opgevoerd. Individuele tegenslagen (echtscheiding, werkloosheid, ziekte of een handicap), genetische factoren, sociale uitsluiting, economische ontwikkelingen, culturele factoren en falende instituties worden te gemakkelijk terzijde geschoven.

2. Er wordt een beeld geschetst dat armen voortdurend verkeerde keuzes maken. Dat is nogal generaliserend en pessimistisch. Het wordt bovendien niet overtuigend uitgelegd waarom de keuzes die arme mensen maken altijd zo irrationeel en slecht zijn. Misschien nog wel belangrijker is dat er niets is te vinden over hoe mensen zelf, met behulp van hun netwerken of dankzij overheidsbeleid uit de armoede klimmen. Dat heeft ongetwijfeld te maken met het deterministische perspectief op armoede. Schaarste neemt immers automatisch bezit van ons denken, het is onvermijdelijk en we hebben er geen greep op.

3. De auteurs stellen dat hun bevindingen hoopgevend zijn. Als mensen eenmaal in armoede verkeren, zijn het niet zozeer persoonlijke eigenschappen die hun daarin gevangen houden. Dat is veeleer het gevolg van omgevingsomstandigheden veroorzaakt door schaarste. Dat zijn omstandigheden die ontvankelijker zouden zijn voor remedies. Maar grootse nieuwe ideeën voor de aanpak van armoede blijven achterwege. Wat vooral volgt is kritiek op bestaande sociale vangnetten, cursussen, wijkprojecten en voedselprogramma's. Daarnaast merken de auteurs op dat de opzet van dergelijke sociale programma's meer rekening zouden moeten houden met de beperkte bandbreedte van arme mensen. Hoe dat precies moet, wordt slechts summier uitgewerkt en geïllustreerd aan de hand van bescheiden voorbeelden. De wetenschap van de schaarste is een wetenschap in wording. Het is een intrigerend perspectief op armoede, maar vooralsnog blijven te veel vragen onbeantwoord.

4. Iemand die het boek niet goed leest kan blijven denken dat iedereen eenzelfde startkapitaal en gelijke kansen krijgt. Op dat punt roept het boek weerstand op. Zeker de vergelijking met schaarste in tijd kan deze perceptie versterken. Iedereen heeft immers evenveel tijd, namelijk 24 uur per dag. Maar niet iedereen krijgt evenveel kansen! Wanneer de bandbreedte hersteld wordt, blijft er een ruime groep mensen waarvoor onze maatschappij vol valkuilen zit, met of zonder schaarstedenken, met of zonder tunnelvisie… De steeds hogere maatschappelijke verwachtingen, het steeds hoger tempo dat door een steeds grotere groep niet meer kan gevolgd worden. Deze vaststelling heeft niets met tunnelvisie of vloeiende intelligentie te maken, maar gewoon met persoonlijke mogelijkheden en capaciteiten. Het toont aan dat schaarste niet het enige mechanisme is dat armoede en uitsluiting in de hand werkt.

5. De door de auteurs aangeboden oplossingen komen dwingend over. Mensen blijven echter vrije wezens, ook mensen in armoede. Het bij de hand nemen van mensen in armoede kan verstrekkende gevolgen hebben voor hun individuele vrijheden. Wanneer de interpretatie het automatisch toekennen van rechten is, juichen we dit toe. Maar hoe dwingend worden mensen bij de hand genomen? In welke mate behoudt een individu de keuzevrijheid om al dan niet mee te gaan in de visie van zijn hulpverlener? Wat als iemand in armoede anders denkt over hoe problemen het best worden aangepakt?

6. De theorie van de schaarste heeft zeker enige relevantie, het is een rijke aanvulling voor het armoededebat. Wel moet de theorie absoluut in het juiste perspectief geplaatst worden. Hij past alleen in een ruimer kader waarin ook sociologische en andere structurele mechanismen een plaats krijgen.

Panningen, 12 augustus 2019
Raf Janssen

Klik hier om naar de startpagina van het thema-dossier Schulden en schaarste te gaan.

Afdrukken

Deel deze pagina via sociale media

logo armoede live 10jaarlater

logo expeditie sociale cooperatie

Adres

t.a.v. Amel Namane/ Sociale Alliantie
p/a FNV
Correspondentie per mail heeft de voorkeur:

mailadres2

Volg ons op sociale media