AlliantieRaad
7 april 2017
Op 7 april vond de jaarlijkse AlliantieRaad plaats. Twee sprekers verzorgden boeiende en zeer actuele presentaties. Prof. dr. Nicolette van Gestel vertelde over het SER-advies 'Opgroeien zonder armoede'. Van Gestel was voorzitter van de commissie die dit advies schreef. Marry Mos was de tweede spreker. Zij is secretaris van de Armoedecoalitie Utrecht en vertelde over het Utrechtse armoedebeleid en de rol die de Minima-effectrapportage daarin heeft gespeeld.
1. Opgroeien zonder armoede
Onlangs heeft de SER op verzoek van het kabinet een advies uitgebracht over kinderen in armoede. Kroonlid en voorzitter van de commissie die de SER daarvoor in het leven riep en hoogleraar aan de Tilburg University, prof. dr. Nicolette van Gestel, was als spreker te gast.
In het kort hieronder enkele punten uit haar inleiding en de discussie erna.
Twee boodschappen
Nicolette van Gestel deelde een persoonlijke ontboezeming met de aanwezigen: de grootste schok in het bezig zijn met kinderen in armoede was voor haar de conclusie dat armoede bij kinderen zo’n hardnekkig probleem is. Armoede onder kinderen is een hardnekkig probleem dat grotendeels los staat van de economische ontwikkeling. De conjunctuur is voor niet meer dan éénderde verantwoordelijk; tweederde van de oorzaken zijn structureel. De meeste zorgen baren de 113.000 kinderen die langdurig in armoede verkeren.
De SER heeft kort samengevat twee boodschappen:
1 Er gebeurt veel, maar wat we doen kan beter.
2 Van compenseren (minder armoede) moeten we naar voorkomen (oorzaken aanpakken).
Duidelijk is dat er nadelige gevolgen zijn voor de betreffende kinderen, maar het treft ook de samenleving in zijn geheel. Daarmee raken we ook een van de aanbevelingen: er moet meer en met veel meer organisaties die op een of andere manier met de problematiek bezig zijn samengewerkt worden.
Nieuwe inzichten in de wetenschap
De nadelige gevolgen voor kinderen: verstoring van de cognitieve ontwikkeling, talenten worden minder ontwikkeld, leerprestaties worden nadelig beïnvloed.
Het niet of minder ontwikkelen van talenten heeft ook nadelige gevolgen voor de economie en onze samenleving. Er zijn ook mogelijke andere negatieve gevolgen voor de samenleving: risico op kindermishandeling, criminaliteit.
Werk loont niet altijd
Het rapport maakt ook duidelijk dat armoede niet langer meer een ‘uitkeringsprobleem is’. Inmiddels is nog maar 40% van de ouders afhankelijk van een uitkering: 60% van de kinderen heeft werkende ouders. Dat raakt ook aan de noodzaak om de oorzaken aan te pakken. De oorzaken liggen op 3 terreinen:
1. Werk en inkomen
- Laagbetaald, onzeker en flexibel werk
- Kleine banen (te weinig uren om voldoende inkomen te verwerven)
- Toename van de woonlasten
Samenwerking met woningcorporaties is van groot belang. In het kader van vroegsignalering, voorkomen van huisuitzettingen en beperking van (maatschappelijke) kosten.
Het rapport roept ook vragen op over de effectiviteit van de re-integratiedienstverlening. De inzet daar is meestal om zo snel mogelijk uit de uitkering te komen. Er wordt niet gekeken of je daarmee ook uit de armoede komt en blijft. Ook hier speelt ‘goed bezig zijn met talenten van mensen’.
2. Inkomensondersteuning
We hebben een heel systeem van toeslagen opgetuigd dat veel te generiek is: meer dan de helft van de Nederlanders doet er een beroep op. Dat is niet effectief om diegenen te bereiken die ondersteuning het hardste nodig hebben. Het niet-gebruik (bijvoorbeeld maar 1 op de 6 bij de zorgtoeslag) is nog steeds problematisch. Met als extra aandachtspunt dat werkende minima nog steeds buiten beeld zijn.
3. Schulden
Op dit terrein heeft een collega-hoogleraar van Tilburg University veel onderzoek gedaan.
Meer dan 500.000 huishoudens hebben problematische schulden en maar een kwart komt in de gemeentelijke schuldhulpverlening. Het grootste deel wordt dus niet bereikt. Het feit dat het vier tot vijf jaar duurt voordat mensen hulp vragen onderstreept het belang van vroegsig-nalering.
Discussie
Enkele interessante zaken die uit de discussie naar voren kwamen.
Flexwerk
Flexwerk staat nu echt wel op de agenda: ook werkgevers onderkennen nu de problematiek. Flexwerkers hebben viermaal zoveel kans om werkloos te raken, dat levert onzekerheid en stress op. En ook hier doemt de vraag op of dit een doelmatige manier is om alle kwaliteiten van mensen volledig te benutten.
Armoederegisseur
Het aanstellen van een armoederegisseur in de gemeente is één van de aanbevelingen van de SER. Het idee is wel goed, maar er moet wel heel goed gekeken worden hoe het wordt uitgevoerd en welke ‘macht’ deze persoon krijgt. In Eindhoven is het initiatief helaas na een jaar of twee niet in schoonheid ten onder gegaan. De ingewikkeldheid van regelgeving en wat de armoederegisseur daar tegenover kan zetten is een groot aandachtspunt. Voor de SER is duidelijk dat de armoederegisseur een prestigieuze functie moet worden.
Schulden
Help de ouders uit de schulden, dat is de beste manier om kinderen uit de armoede te halen.
Hoe nu verder?
Voor Nicolette van Gestel gaat het nu om de follow-up. Daar doet de SER zelf van alles aan, maar de Sociale Alliantie mag daar graag bij helpen. Het advies kan de Alliantie gebruiken in gesprekken met de staatssecretaris!
Genoeg informatie en inspiratie om als Sociale Alliantie weer verder te komen. Er ligt een rapport met aanknopingspunten voor de aanpak van armoede onder kinderen waarin ook aandacht voor een structurele aanpak, waar de Sociale Alliantie steeds voor pleit. Daarnaast ligt er ook de uitnodiging vanuit de SER om kennis te delen en waar nodig en gewenst met de SER in contact te treden. En het rapport biedt een extra legitimatie voor de Sociale Alliantie om het onderwerp kinderen in armoede aan te blijven kaarten, te voorkomen en op te lossen.
De SER heeft zich verre gehouden van aanbevelingen om de structurele oorzaken aan te pakken. Dat zou in het kader van dit advies te ver voeren en is veel meer omvattend dan de problematiek van kinderen in armoede. Hier ligt misschien wel een uitdaging voor de Sociale Alliantie en de betrokken netwerkpartners om een begin te maken met makkelijker op te lossen zaken? Wat is daarbij een betere motivatie dan ervoor te zorgen dat ieders talenten, jong en oud, rijk en arm in de participatiesamenleving worden benut.
Klik hier om meer te lezen over het SER-advies.
Klik hier om het hele rapport te downloaden.
Klik hier voor een inforgrafpic over SCP-cijfers over armoede.
Klik hier om een commentaar vanuit de Sociale Alliantie op een onderdeel van het SER-advies te lezen
2. Armoedecoalitie Utrecht
Marry Mos, secretaris van de Armoedecoalitie Utrecht, geeft een toelichting op het traject rondom de Minima-effectrapportage (MER) in de gemeente Utrecht en de betrokkenheid van de Armoedecoalitie. Enkele punten uit haar bijdrage.
De gemeente Utrecht heeft een aantal uitgangspunten opgesteld in het nieuwe armoedebeleid:
- Preventie en daarbij in het bijzonder aandacht voor levensgebeurtenissen
- De leefwereld centraal
- Inzet van ervaringsdeskundigen
Leefwereld centraal
Vooral het advies van Roeland van Geuns, lector Armoede interventies Hogeschool van Amsterdam, om de leefwereld van mensen centraal te stellen in het armoedebeleid heeft de gemeente Utrecht ter harte genomen. Toen de gemeente enkele structurele maatregelen wilde afschaffen (bijvoorbeeld het Woonlastenfonds), kwam de Armoedecoalitie in verzet. En met succes want de gemeenteraad droeg het college op om onderzoek te doen naar de gevolgen van het bestaande beleid en naar de gevolgen van het voorgenomen nieuwe beleid.
Preventie
Op het terrein van preventie is er het ‘levensgebeurtenissenproject’. De gemeente biedt workshops aan bij Levensgebeurtenissen als:
- (Echt)scheiding
- Ontslag
- Arbeidsongeschiktheid
- Pensioen
De cursussen voorzien duidelijk in een behoefte, want ze worden heel goed ontvangen.
Pilot vroegsignalering schulden
In de wijkteams worden situaties waarin huurachterstanden spelen goed in de gaten gehouden. Na 1 maand huurachterstand gaat er een signaal naar het wijkteam. En na twee maanden gaat het wijkteam op bezoek. Dit alles om huisuitzetting te voorkomen, en ook te proberen tijdig in te kunnen grijpen.
Een probleem is steeds: op welk punt / wanneer staat iemand open voor hulp? Je moet blijk-baar eerst heel diep in de problemen zitten.
Inzet ervaringsdeskundigen
Er wordt al lang gebruik gemaakt van opgeleide ervaringsdeskundigen in de GGZ. Inmiddels zijn er 17 mensen gestart met de opleiding ErvaringsDeskundigheid in Armoede en Sociale Uitsluiting (EDASU).
Zou Utrecht tegen het landelijke beleid ingaan?
Vanuit de zaal komt de vraag of de gemeente Utrecht op het terrein van armoede zich tegen het landelijke beleid zou keren. Bij ‘bad, bed en brood’ doen de gemeente dat wel. Volgens Marry doen gemeenten dat als het gaat om armoedebeleid niet. Dat is te zeer verbonden met de Participatiewet. Gemeenten denken daar in de uitvoering nog wel eens anders over denken als het rijk. Maar de cultuur rondom sociale zekerheid en beeldvorming ten aanzien van mensen die er gebruik van maken, voorkomen dat gemeenten ‘op de barricaden gaan’. Van de andere kant heeft de gemeente Utrecht wel samen de met Armoedecoalitie de oproep ‘Pak armoede aan’ gedaan.
Klik hier om meer te lezen over de oproep 'Pak armoede aan'.
Klik hier voor de participanten in de Armoedecoalitie Utrecht.
Klik hier om meer te lezen over de Minima-effectrapportage Utrecht.